"Verkiezingsuitslag biedt kansen voor toekomstgericht Nederland"
De Kenniscoalitie reageerde op de uitslag met een helder manifest: "dit is het moment om van woorden naar daden te gaan."
Published on November 2, 2025

Medeoprichter van Media52 en hoogleraar Journalistiek, bouwt aan IO+, events en Laio, met focus op commerciële kansen—en blijft schrijven voor IO+.
De opluchting bij veel wetenschappers, ondernemers en onderwijsmensen was voelbaar toen de uitslag van de Tweede Kamerverkiezingen bekend werd. Niet omdat alles in één klap is opgelost, maar omdat het politieke landschap ruimte lijkt te laten voor iets waar de Nederlandse kennissector al jaren voor pleit: een langetermijnbeleid waarin kennis en innovatie het fundament vormen van onze samenleving. De Kenniscoalitie – het samenwerkingsverband van universiteiten, hogescholen, TO2-instituten, NWO, KNAW en werkgeversorganisaties – reageerde op de uitslag met een helder manifest: dit is het moment om van woorden naar daden te gaan.
“Wij zien kansen om samen met de politiek stappen te zetten voor een sterker kennis- en innovatieland,” schrijft de coalitie in haar verklaring. De toon is opvallend hoopvol. Geen klaagzang over bezuinigingen of versnipperd beleid, maar een oproep tot partnerschap. De boodschap is eenvoudig en dringend tegelijk: als Nederland zijn welvaart en welzijn wil behouden, moet het durven investeren in kennis, onderzoek en innovatie — structureel, niet incidenteel.
Europa
De Kenniscoalitie wijst erop dat andere Europese landen hun publieke investeringen in onderzoek al fors hebben verhoogd. Duitsland, Denemarken en Frankrijk bewegen richting of voorbij de drie procent van het bruto binnenlands product, terwijl Nederland nog altijd achterblijft. Dat verschil is niet alleen economisch relevant, maar ook maatschappelijk. Kennis is de sleutel tot oplossingen voor de grote uitdagingen van deze tijd: klimaatverandering, digitalisering, gezondheidszorg, energiezekerheid. De coalitie benadrukt dat “de keuzes die we nu maken bepalen of Nederland in 2030 nog vooroploopt of juist achterblijft.”
Die langetermijnblik sluit naadloos aan op het thema dat IO+ de afgelopen weken in meerdere artikelen centraal stelde: de spanning tussen kortetermijncomfort en toekomstgericht beleid. In Stemmen: kortetermijncomfort of een toekomst voor onze kinderen schreven we dat het politieke debat te vaak wordt gedomineerd door de vraag wat morgen goedkoper of makkelijker kan worden, in plaats van wat overmorgen beter moet zijn. De Kenniscoalitie biedt daar nu een antwoord op. Zij vraagt niet om meer geld uit gemak, maar om meer richting uit overtuiging.
Maatschappelijk rendement
In haar verklaring benadrukt de coalitie dat investeren in kennis niet alleen een kwestie is van wetenschap, maar van maatschappelijk rendement. Onderzoek leidt tot innovatie, innovatie tot bedrijvigheid, en bedrijvigheid tot banen en welzijn. De link tussen wetenschap en samenleving is, zoals de coalitie stelt, “geen bijzaak maar het kloppend hart van een weerbare economie.” Daarmee richt de oproep zich nadrukkelijk ook tot het bedrijfsleven: alleen in een hechte driehoek van onderwijs, onderzoek en ondernemerschap kan Nederland zijn positie als kennisnatie behouden.
Voor wie het politieke veld de laatste maanden volgde, komt dat pleidooi niet uit de lucht vallen. In Rob Jetten winnaar – wat kan dat betekenen voor innovatie wezen we al op de mogelijkheid dat nieuwe politieke verhoudingen ruimte zouden scheppen voor een echte innovatieagenda. Niet een bijlage in het coalitieakkoord, maar een rode draad door alle beleidsterreinen heen: energie, zorg, onderwijs, defensie, infrastructuur. De Kenniscoalitie maakt nu precies dat punt. Zij vraagt de formerende partijen om “kennis en innovatie centraal te stellen in het nieuwe regeerakkoord”, en waarschuwt dat het anders moeilijk zal worden om internationale concurrentiekracht en maatschappelijke vooruitgang te behouden.
Nieuwe fase
Opvallend is de toon van samenwerking. Waar universiteiten en kennisinstellingen eerder soms tegenover de politiek leken te staan, kiest de coalitie nu nadrukkelijk voor dialoog. Ze spreekt over vertrouwen, over het gezamenlijk zetten van stappen, over een gedeelde verantwoordelijkheid.
Dat is nodig, want de uitdagingen zijn te groot voor eilanddenken. De energietransitie, de vergrijzing, de digitalisering van de samenleving – ze vereisen kennis, maar ook politieke moed om die kennis te vertalen in beleid. In Politiek debat toont kwetsbaarheid én kansen van digitale focus liet IO+ al zien hoe dun de grens is tussen technologische ambitie en bestuurlijke kwetsbaarheid. De Kenniscoalitie vraagt nu om stabiliteit en richting: beleid dat verder kijkt dan de volgende begrotingscyclus.
Of de politiek die handschoen oppakt, zal de komende maanden blijken. Maar het feit dat de kennissector zich zo eendrachtig en positief uitspreekt, is op zichzelf een teken van een nieuwe fase. Waar vroeger vooral werd gewaarschuwd voor bezuinigingen, klinkt nu een constructieve boodschap: we zijn klaar om samen te bouwen aan de toekomst.
Het is precies dat optimisme dat Nederland nodig heeft. Niet naïef, maar ambitieus. Niet klagen over wat er niet is, maar werken aan wat kan zijn. De Kenniscoalitie heeft de contouren van die toekomst getekend; het is nu aan de politiek om kleur te bekennen.
