Nederland in top 3 Europese innovatieleiders
Nederland staat ook in de 2025-editie van het gerenommeerde European Innovation Scoreboard (EIS) op de derde plek.
Published on July 22, 2025
Team IO+ selecteert en brengt de belangrijkste nieuwsverhalen over innovatie en technologie, zorgvuldig samengesteld door onze redactie.
Nederland staat ook in de 2025-editie van het gerenommeerde European Innovation Scoreboard (EIS) op de derde plek. Daarmee blijft ons land, achter koplopers Zweden en Denemarken, behoren tot de groep van innovatieleiders. Wel is de Nederlandse score voor het tweede opeenvolgende jaar iets gedaald.
Innovatieleiders zijn landen die op het gebied van innovatie meer dan 25 procent boven het gemiddelde van de EU scoren. Het European Innovation Scoreboard (EIS) vergelijkt alle lidstaten op basis van 32 verschillende indicatoren, en betrekt daarbij ook landen buiten de EU. Er wordt onder meer gekeken naar investeringen in R&D, samenwerking tussen publieke en private partijen, innovatiekracht van het mkb, digitalisering, aantal octrooien, onderzoekskwaliteit en werkgelegenheid binnen innovatieve sectoren.
Risico op positie verliezen
Nederland scoort momenteel nog goed dankzij sterke prestaties in wetenschap, onderwijs, digitalisering en samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven. Maar zonder extra investeringen is het risico groot dat we die positie verliezen. Op het gebied van onderzoek en ontwikkeling (R&D) bungelt Nederland met plek 9 namelijk achteraan. We blijven fors achter bij koplopers als Duitsland (3,1%), Oostenrijk (3,3%), België (3,3%) en Zweden (3,6%). Samen met landen als Frankrijk (2,2%), Slovenië (2,1%) en Tsjechië (1,8%) blijft Nederland al jaren onder de afgesproken 3%-norm, ondanks eerdere voornemens om dat gat te dichten.
Karremans: 'We moeten meer doen'
Minister Karremans (Economische Zaken): “Onze positie op deze ranglijst lijkt te zeggen: ‘het gaat hier goed met innovatie’. Maar als je beter kijkt, is de eerlijke conclusie dat we allemaal meer moeten doen. We investeren privaat en publiek te weinig in innovatie, brengen onze goede kennis niet voldoende naar de markt en er zijn weinig kennisintensieve bedrijven in Nederland. Andere landen zetten stappen extra, dat moeten wij ook doen. Omdat we eerst moeten verdienen, voordat we kunnen uitgeven.”
