Lezen of gelezen worden? Maxim Februari over machines als burgers
"De opkomst van technologie als bestuursmechanisme bedreigt de traditionele rol van kennisinstituten zoals bibliotheken en universiteiten."
Published on February 14, 2025

Maxim Februari, Symposium Burgerschap en Democratie in een digitaliserende wereld © Coen Koppen
Medeoprichter van Media52 en hoogleraar Journalistiek, bouwt aan IO+, events en Laio, met focus op commerciële kansen—en blijft schrijven voor IO+.
We leven in een wereld waar digitale technologieën niet alleen boeken kunnen lezen, maar ook schrijven en beleid bepalen. Maar wat betekent dat voor ons burgerschap? Maxim Februari waarschuwde afgelopen week in een lezing tijdens het symposium Burgerschap en Democratie in een Digitaliserende Wereld voor een toekomst waarin mensen niet langer lezen, maar veeleer wórden gelezen. Februari schetste daarmee een radicale omslag in hoe kennis wordt overgedragen en geconsumeerd.
In het digitale tijdperk wordt ons leesgedrag vastgelegd, geanalyseerd en vertaald in data die op hun beurt beleid en beslissingen sturen. Februari heeft een concreet voorbeeld: “De Volkskrant stuurt mij berichten over mijn leesgedrag. Ik lees blijkbaar in de middag, terwijl anderen 's ochtends lezen. Of ik me daar bewust van was. Maar waarom ik dat doe, wordt niet gevraagd.” Hier ligt volgens Februari het probleem: “We worden niet alleen gelezen, maar ook constant opgemeten. En dat gebeurt nog eens heel gebrekkig ook. Diezelfde Volkskrant liet me weten dat ik vijf dagen achtereen puzzels heb gemaakt. Nooit gedaan.”
Wat betekent dit voor burgerschap?
Februari vroeg zich in zijn betoog hardop af of burgers in deze datagedreven wereld nog een rol spelen in de democratie. Wanneer beleidsbeslissingen niet langer door mensen maar door statistische modellen worden genomen, “wat hebben burgers dan nog in een bibliotheek te zoeken?” De opkomst van technologie als bestuursmechanisme bedreigt volgens hem de traditionele rol van kennisinstituten zoals bibliotheken en universiteiten. Maar vooralsnog legt hij zich daar niet bij neer.
Het gevaar van deze ontwikkeling is dat democratische instellingen en maatschappelijke plekken worden vervangen door dataopslagcentra. “Als technologie gaat regeren, zijn er geen dorpshuizen, cafés en stadsgebouwen meer nodig. Er zijn geen kennisinstituten meer nodig, alleen datacentra in de woestijn.” Februari ziet de macht verschuiven van publieke ruimtes naar onzichtbare digitale structuren.
De bibliotheek als laatste bastion
Toch ziet Februari een toekomst voor fysieke ontmoetingsplekken zoals bibliotheken, mits ze zich aanpassen. “Third places, zoals ze tegenwoordig genoemd worden, zijn plekken waar je kunt lezen, gedichten schrijven, ouwehoeren en politiek oordelen. Er ontstaat een ongrijpbaar soort kennis die de mensheid vooruit helpt.” Bibliotheken moeten vooral boeken blijven aanbieden, maar daarnaast ook ruimte scheppen voor kritisch denken en debat.

De bibliotheek als poortwachter van de online publieke ruimte
Op zoek naar een internet dat in dienst staat van de samenleving pleit Jantien Borsboom (Public Spaces) voor een sociaal mediaplatform, georganiseerd door bibliotheken.
Daarnaast waarschuwt Februari voor de onbetrouwbaarheid van digitale kennis. “Chatbots hebben bewezen dat ze bereid zijn te liegen om tot resultaten te komen,” stelt hij. De betrouwbaarheid van kennis is niet langer vanzelfsprekend. “We moeten leren beoordelen wat machines over ons zeggen.”
De toekomst van democratie: teruglezen
Om grip te houden op de digitale democratie, moeten burgers leren ‘terug te lezen’. “Machines lezen ons. Wij moeten leren de machines te lezen,” benadrukt Februari. Dit betekent dat burgers moeten begrijpen hoe data worden verzameld, verwerkt en ingezet in beleid.
Februari concludeert dat bibliotheken een cruciale rol kunnen spelen in deze transitie. Ze kunnen een plek zijn waar mensen zich kunnen wapenen tegen de gevaren van digitale sturing. Of we machines tot burgers willen maken, is dan nog maar de vraag. “Pak een boek. Blijf lezen als je niet alleen gelezen wilt worden.”