Europa's groene waterstofrevolutie: drie veelbelovende projecten, maar ook felle kritiek
We blikken terug op een aantal baanbrekende ontwikkelingen rondom groene waterstof in Europa dit jaar. Maar er zijn ook uitdagingen.
Published on December 25, 2024

Onze DATA+ expert Elcke Vels duikt in AI, cyber security en innovatie. In haar ‘What if…’ column verkent ze gedurfde scenario’s buiten de status quo.
IO+ heeft in 2024 de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van waterstof nauwlettend gevolgd. Ondanks de grote uitdagingen, schoten een aantal veelbelovende groene waterstofprojecten als paddenstoelen uit de grond in Europa. In dit overzicht belichten we drie spraakmakende initiatieven uit Nederland, Duitsland en Frankrijk.
Nederland: vlaggenschip van Europese waterstofproductie in Rotterdam
Het vlaggenschip van de Europese waterstofproductie verrijst momenteel op de Tweede Maasvlakte in Rotterdam. Met een investering van 1 miljard euro bouwt Shell hier de Holland Hydrogen I, de grootste groene waterstoffabriek van Europa. De fabriek zal dagelijks 60.000 kilogram hernieuwbare waterstof produceren met een elektrolysecapaciteit van 200 MW. De waterstof wordt geproduceerd met elektriciteit van het offshore windpark Hollandse Kust (noord).
Dit jaar werd bekendgemaakt dat Shell en TenneT een overeenkomst hebben getekend om de eerste grootschalige waterstoffabriek aan te sluiten op het hoogspanningsnet. Omdat er op de huidige hoogspanningsstations onvoldoende capaciteit is, bouwt TenneT het nieuwe Amaliahaven-station. Deze tijdelijke oplossing zorgt ervoor dat Shell al eerder kan beginnen met de waterstofproductie, terwijl er gewerkt wordt aan de definitieve infrastructuur.

Kwart miljard voor waterstofprojecten in Nederland, waaronder Eemshydrogen
Eemshydrogen krijgt subsidie van de RVO. Het gaat om een elektrolyse-installatie van 50 megawatt voor de productie van groene waterstof.
Duitsland: een Keulse waterstoffabriek
In Duitsland heeft Shell dit jaar een definitief investeringsbesluit genomen voor de bouw van een grote waterstoffabriek in Keulen. Deze faciliteit, uitgerust met een elektrolyser van 100 megawatt, moet in 2027 operationeel zijn. Hoewel kleiner dan het Nederlandse project, vormt deze fabriek een belangrijk onderdeel van de Duitse energietransitie. De strategische locatie in het industriële hart van Duitsland maakt efficiënte distributie mogelijk.
Frankrijk: Le Havre' als waterstofhub voor binnenlands transport
Frankrijk zet ook grote stappen in de waterstofeconomie met een indrukwekkend project. Eerder dit jaar werd bekendgemaakt dat deze in de haven van Le Havre komt. Het Amerikaanse industriële gasbedrijf Air Products investeert hier €1,1 miljard in een hernieuwbare waterstofimporthub. Deze faciliteit zal zich specifiek richten op de import van ammoniak, dat vervolgens kan worden omgezet in waterstof voor binnenlands transport. Parallel hieraan investeert het Franse bedrijf Qair €500 miljoen in een e-methanol fabriek op dezelfde locatie. Deze gecombineerde investering van €1,6 miljard maakt van Le Havre een cruciale speler in de Europese waterstofeconomie.
Stevige kritiek Europese Rekenkamer
Hoewel er dus veelbelovende initiatieven plaatsvinden, is niet alles positief als het gaat om waterstof in Europa. De Europese Rekenkamer heeft eerder dit jaar stevige kritiek geuit op het EU-beleid rond duurzame waterstofproductie. Volgens de controleurs zijn de doelstellingen voor 2030 niet onderbouwd en onrealistisch. In 2020 stelde de Europese Commissie ambitieuze doelen: tegen 2030 zou de EU 10 miljoen ton groene waterstof produceren en nog eens 10 miljoen ton importeren. Deze cijfers lijken echter meer ingegeven door politieke ambities dan door grondig onderzoek.
De Rekenkamer wijst erop dat veel EU-lidstaten achterlopen en dat hun gezamenlijke plannen onvoldoende zijn om de doelen te halen. Bovendien ontbreekt een samenhangende strategie voor de import van waterstof, wat de haalbaarheid van de plannen verder in twijfel trekt.
Nederland in de top 5
Industriebedrijven die willen verduurzamen vinden groene waterstof momenteel te duur, waardoor ze terughoudend zijn om langetermijncontracten aan te gaan. Dit belemmert de ontwikkeling van waterstoffabrieken, ook in Nederland. Toch beschouwt de Europese Rekenkamer Nederland als een van de vijf koplopers op het gebied van waterstof. Na Spanje heeft Nederland het grootste aantal waterstofprojecten in voorbereiding, al bevinden veel daarvan zich nog in een vroeg stadium. Duitsland en Zweden lopen hierin voorop met projecten die al verder gevorderd zijn.