Logo

Einstein Telescope als katalysator voor Nederlandse deeptech

Van cryogene precisie tot quantum sensing – hoe een zwaartekrachtsgolfobservatorium uitgroeit tot een aanjager van innovatie.

Published on November 12, 2025

Einstein Telescope rapport

Binnen een van de consortia TNO vervormbare spiegels die thermisch geïnduceerde vervormingen in het laserlicht corrigeren.

Medeoprichter van Media52 en hoogleraar Journalistiek, bouwt aan IO+, events en Laio, met focus op commerciële kansen—en blijft schrijven voor IO+.

De Einstein Telescope (ET), gepland diep onder het glooiende landschap van de Euregio Maas-Rijn, moet de zwakste rimpelingen in de ruimtetijd opvangen: zwaartekrachtsgolven van botsende zwarte gaten en neutronensterren. Maar voordat dat het geval is, speelt zich al een kleine revolutie af dichter bij huis. Niet wat de telescoop straks ziet, maar wat hij nu al creëert, maakt hem van strategisch belang. ET groeit uit tot een broedplaats van deeptech-innovatie, waarin wetenschap en industrie elkaar vinden en versterken, en waarin Europa zijn technologische autonomie opnieuw vormgeeft.

Het 'Valorisatieperspectief' dat vandaag door LIOF en het ET-valorisatieteam werd gepubliceerd, noemt ET “technologieontwikkeling op moonshot-niveau”, verwijzend naar John F. Kennedy’s woorden: We choose to go to the moon not because it is easy, but because it is hard. Het rapport laat zien hoe een Europees Big-Science-project nu al economische en maatschappelijke waarde creëert; van nieuwe waardeketens en hoogwaardige werkgelegenheid tot strategische autonomie voor Nederland en Europa, én tegelijk een grote wetenschappelijke sprong belooft voor de zwaartekrachtsgolfastronomie.

Jorg van der Meij, Programmamanager Valorisatie Einstein Telescope LIOF, ziet twee gewenste effecten van het rapport. "Ik hoop op de eerste plaats dat het inspirerend gaat werken naar andere bedrijven. Dat zij ook door middel van de voorbeelden die in het rapport staan contact met ons opnemen. Daarnaast moet duidelijk worden dat alles wat er nu gebeurt niet vanzelf gaat. Je zult daarin moeten blijven ontwikkelen, stimuleren en het bedrijfsleven ook blijvend enthousiast houden. Dus dat is ook naar onze stakeholders toe een signaal dat we al best wel wat bereikt hebben, maar er is nog ruimte om de komende jaren daar ook zeker mee aan de slag te blijven gaan. Bijvoorbeeld ook samen met partijen uit Duitsland en België."

De eisen in het ET-project zijn extreem: precisie tot op picometerniveau, trillingsvrije cryogene koeling en vacuümtechnologie die schoner is dan de ruimte zelf. Zulke eisen dwingen tot doorbraken die rechtstreeks doorwerken in sectoren als semicon, quantumtechnologie, medische beeldvorming en ruimtevaart. Het is fundamentele wetenschap die de industrie vooruitduwt.

Joost Smits, Executive Vice President bij ASML: “Bij ASML moeten we continu blijven innoveren, over onze hele portfolio. Dat kan alleen in een klimaat waarin samenwerking en kennisdeling vanzelfsprekend zijn. Daarom steunen we de komst van de Einstein Telescope; het versterkt het ecosysteem dat onze eigen innovatie mogelijk maakt.”

De deeptech-dividend

Deeptech is nu al goed voor zo’n zes procent van de Nederlandse economie - samen €49 miljard aan bbp en bijna een half miljoen banen. Maar het zwaartepunt ligt vooral bij de halfgeleiderindustrie. De Einstein Telescope biedt de kans dat fundament te verbreden.

Zes consortia, van cryogene koeling tot adaptieve optica, brengen 26 bedrijven en kennisinstellingen samen, van TNO en VDL tot startups als Lionite en Onnes Technologies. Hun werk levert nu al de eerste successen op:

  • Demcon kryoz, Cooll en de Universiteit Twente bouwen aan de eerste schaalbare, trillingsvrije cryokoeler, tien keer stiller en vier keer sneller dan bestaande systemen.
  • Onnes Technologies ontwikkelt cryogene trillingsisolatie die zelfs bij temperaturen onder de 10 Kelvin stabiel blijft. “Het is technologie die niet alleen voor ET essentieel is,” zegt CEO Max Kouwenhoven, “maar ook direct toepasbaar is in quantum- en halfgeleideronderzoek.”
  • TNO’s MEROPE-consortium werkt aan vervormbare spiegels die vervormingen in real time corrigeren: een samensmelting van mechatronica en kunstmatige intelligentie die ook AR/VR en medische beeldvorming kan veranderen.

Leren van CERN

Grote onderzoeksfaciliteiten als CERN en ESO bewezen al dat fundamentele wetenschap kan leiden tot enorme economische spin-offs, van het web tot protontherapie. Het verschil met ET is dat valorisatie hier vanaf het begin een bewuste pijler is.

“Dankzij deze subsidie kunnen we technologie ontwikkelen die voorbij de state of the art gaat,” zegt Jochem Klaassen, CEO van Lionite. “En die ongetwijfeld toepassingen krijgt in andere bedrijfstakken zoals de halfgeleiderindustrie en precisieproductie.”

De Europese context is cruciaal. Het rapport van Mario Draghi over Europese concurrentiekracht waarschuwde dat Europa achterblijft in deeptech-investeringen en te afhankelijk is van enkele mondiale spelers. ET biedt een tegengesteld perspectief: het bundelt de krachten van Nederland, België en Duitsland in een gezamenlijke infrastructuur én houdt de kennis en productie in Europa.

“ET laat zien hoe Europa sleuteltechnologieën kan ontwikkelen zonder afhankelijk te zijn van leveranciers buiten het continent,” concludeert het valorisatierapport. Nederland investeerde via het Nationaal Groeifonds al €42 miljoen in de voorbereiding en reserveerde €870 miljoen voor de realisatie, een duidelijke keuze om wetenschap te koppelen aan strategische autonomie.

Van cryocooler tot cleanroom

De impact van ET beperkt zich dus niet tot de ondergrondse tunnels die ooit onder de Euregio moeten ontstaan. De technologieën die nu worden ontwikkeld, van ultrahoog vacuüm en trillingsisolatie tot adaptieve optica, sluiten naadloos aan bij de sterktes van Nederland in semicon, medtech en precisie-mechatronica.

Het MACBETH-consortium van TNO en VDL bereidt bijvoorbeeld de bouw voor van het grootste ultrahoog-vacuümsysteem ter wereld: 120 kilometer pijpleiding, brandschoon tot op moleculair niveau. Innovaties als plasmareiniging en robotinspectie kunnen straks ook worden toegepast in chipproductie, kernfusie en Hyperloop.

“Dit is een behoorlijke uitdaging,” zegt Wouter Jonker, programmamanager bij TNO, “maar wel een met potentieel voor spin-off. Denk aan telescopen om planeten rond andere sterren te zien, of lasercommunicatie die door onze atmosfeer heen kan.”

De tweede golf

De uiteindelijke locatiekeuze, gepland in 2027, wordt een belangrijk moment, maar insiders kijken verder. ET is geen einddoel, maar een beginpunt. Het project leidt niet alleen tot nieuwe technologie, maar ook tot een generatie ingenieurs die wetenschap en systeemdenken combineren, en tot een ecosysteem waarin valorisatie systematisch is ingebouwd.

“Het grootste risico,” zegt Dennis Schipper, CEO van Demcon, “is niet falende wetenschap, maar dat we de technologische en economische spin-offs onvoldoende verzilveren. Als we valorisatie goed organiseren, wordt dat risico juist een voordeel.”

Een investering met toekomst

De levensduur van de Einstein Telescope zal minstens vijftig jaar bedragen. In die tijd zal het observatorium ons begrip van het heelal ingrijpend veranderen – maar minstens zo groot is de impact op aarde.

Nederland heeft vaker laten zien dat zulke moonshots lonen: de Deltawerken maakten ons wereldleider in waterbouw, ASML’s EUV-technologie veranderde de chipindustrie. ET beoogt datzelfde te doen voor deeptech. Een project dat begint bij zwaartekrachtsgolven, maar eindigt als vliegwiel voor een generatie innovators.