De verborgen energiekosten van AI: EU worstelt met digitale groei
Datacenters gaan meer elektriciteit verbruiken dan sommige landen. Nieuwe studie waarschuwt voor het ondermijnen van klimaatdoelstellingen.
Published on October 5, 2025

Medeoprichter van Media52 en hoogleraar Journalistiek, bouwt aan IO+, events en Laio, met focus op commerciële kansen—en blijft schrijven voor IO+.
Kunstmatige intelligentie belooft misschien efficiëntie en innovatie, maar het energieverbruik ervan is enorm. Een recent wetenschappelijk artikel van Jessica Commins en Kristina Irion van de Universiteit van Amsterdam waarschuwt dat ongecontroleerde groei van AI en cloud computing de moeizaam behaalde klimaatvoordelen van Europa teniet zou kunnen doen. In dit artikel delen we de belangrijkste punten uit dit onderzoeksartikel.
“Datahosting en computing vinden vaak op afstand plaats in grote magazijnen die datacenters worden genoemd”, schrijven de auteurs. “Hoewel het ondenkbaar is om zonder deze infrastructuur te profiteren van de voordelen van digitalisering en AI, zal de energievraag van de sector naar verwachting snel groeien.”
Een sterke stijging van het verbruik
Volgens het Internationaal Energieagentschap (IEA) is het wereldwijde elektriciteitsverbruik van datacenters gestegen van 200 TWh in 2015 tot maar liefst 340 TWh in 2022. Met AI erbij zou de vraag in 2026 meer dan 800 TWh kunnen bedragen, wat ongeveer overeenkomt met het jaarlijkse elektriciteitsverbruik van Duitsland.
Alex de Vries, een Nederlandse onderzoeker die in het artikel wordt geciteerd, schat dat als NVIDIA tegen 2027 1,5 miljoen AI-servers levert, die machines alleen al 85 tot 134 TWh per jaar zouden kunnen verbruiken. “Bedrijven die in AI investeren, zouden hun elektriciteitsverbruik kunnen zien verdubbelen”, waarschuwt hij.
Europa vormt hierop geen uitzondering. Datacenters zijn nu al goed voor ongeveer 4% van de elektriciteitsvraag in de EU. Tegen 2026 zou dit kunnen oplopen tot 150 TWh, waarbij hotspots als Ierland en Denemarken een onevenredig groot aandeel voor hun rekening nemen.
Meer dan elektriciteit: water en afval
De milieukosten reiken verder dan kilowatturen. Voor de koeling van datacenters is een enorme hoeveelheid water nodig. Een Google-faciliteit in Wallonië, België, verbruikte in één jaar tijd een miljoen kubieke meter water, wat overeenkomt met het verbruik van 10.700 huishoudens.
Elektronisch afval is een ander groeiend probleem. “De wereldwijde productie van e-afval stijgt vijf keer sneller dan de gedocumenteerde recycling”, aldus het rapport. Veel van de afgedankte hardware in Europa komt terecht in landen met een zwakke milieubescherming.
Blinde vlekken van de EU op het gebied van duurzaamheid
De Europese Unie heeft toegezegd om “uiterlijk in 2030 klimaatneutrale, zeer energie-efficiënte en duurzame datacenters te realiseren”. De huidige maatregelen zijn echter mogelijk niet voldoende.
“De wet- en regelgeving van de EU is sterk gericht op hardware-efficiëntie”, stellen Commins en Irion. “Dit laat blinde vlekken achter: optimalisatie van software, het probleem van 'dark data' en het beperken van frivool gebruik, zoals het delven van cryptovaluta, blijven buiten beschouwing.”
Het zogenaamde “dark data-probleem” is opvallend: naar schatting 40-90% van de opgeslagen data wordt nooit gebruikt, maar vereist toch energie om te onderhouden.
Het dark data-probleem
Oplossingen op tafel
De onderzoekers wijzen op verschillende mogelijke oplossingen:
- Hernieuwbare energiebronnen ter plaatse en hergebruik van warmte – Sommige centra installeren al zonnepanelen of voeren restwarmte in stadsverwarmingsnetwerken in. De auteurs waarschuwen echter dat “restwarmte moet worden verminderd en, voor zover mogelijk, geëlimineerd” in plaats van erop te vertrouwen als oplossing.
- Circulaire levenscycli van hardware – De EU financiert projecten zoals CEDaCI om een tweedehandsmarkt voor IT-apparatuur op te zetten, hoewel het jaren kan duren voordat een goed functionerende markt ontstaat .
- Betere rapportage en transparantie – Nieuwe verplichtingen in het kader van de energie-efficiëntierichtlijn zullen exploitanten verplichten om de werkelijke uitstoot bekend te maken, wat zal helpen om de kloof tussen de beloften van bedrijven en de realiteit te dichten .
Misschien nog wel het belangrijkste is dat beleidsmakers het rebound-effect moeten aanpakken, het risico dat efficiëntiewinst teniet wordt gedaan door een stijgende vraag. “Zonder maatregelen om de transitie naar een koolstofarme economie te versnellen in combinatie met digitale groei, bestaat het risico dat de economie juist een koolstofrijke in plaats van een koolstofarme transitie doormaakt”, waarschuwen de auteurs.
Een race tegen de klok
Nu de AI-werkbelasting toeneemt, zal de druk op de Europese elektriciteitsnetten, watersystemen en recyclingketens alleen maar groter worden. Het huidige kader van de EU, concluderen Commins en Irion, “zou een toename van de ecologische voetafdruk als gevolg van de groei van de datacentersector niet kunnen opvangen”.
De uitdaging is duidelijk: nu AI belooft wereldwijde problemen op te lossen, moet Europa eerst het probleem van de duurzaamheid van AI zelf oplossen.

Watt Matters in AI
Watt Matters in AI is een conferentie die zich richt op het verkennen van het potentieel van AI met aanzienlijk verbeterde energie-efficiëntie. In aanloop naar de conferentie publiceert IO+ een serie artikelen die de huidige situatie en mogelijke oplossingen laten zien. Tickets voor de conferentie zijn te vinden op wattmattersinai.eu.