De elektrische auto wankelt niet, hij is onderweg
Wat nu nog onhandig voelt, wordt straks vanzelfsprekend – net als zonne-energie en mobiel internet, schrijft Maarten Steinbuch.
Published on May 1, 2025

Maarten Steinbuch is a high-tech systems scientist, entrepreneur and communicator. He holds the chair of Systems & Control at Eindhoven University of Technology, where he is Distinguished University Professor. His research spans from automotive engineering to mechatronics, motion control, and fusion plasma control.
De elektrische auto is geen hype die afzwakt. We zitten juist voor de doorbraakfase. Wat nu nog onhandig of onzeker voelt, wordt straks vanzelfsprekend – net als zonne-energie en mobiel internet.
Vorige week kondigde het kabinet een belastingkorting voor elektrische autobezitters aan. Maar wie afgaat op eerdere mediaberichten, zou denken dat de elektrische auto alweer op zijn retour is. In recent onderzoek van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, samen met de Vereniging Elektrische Rijders, werden ruim 3500 elektrische rijders bevraagd over hun toekomstplannen. Een deel van deze rijders twijfelt sterk of hun volgende auto weer een elektrische zal zijn, waarbij vooral de eerder weggevallen fiscale voordelen als reden worden genoemd.
Wat hier zichtbaar wordt, is geen tanende belangstelling, maar tijdelijke verwarring. De overgang naar elektrisch rijden is onomkeerbaar – en zal zich de komende jaren alleen maar versnellen. Het klopt dat fiscale prikkels grillig zijn geweest. En ja, sommige elektrische modellen zijn duur in aanschaf en laden is soms gedoe. Maar wie alleen naar de huidige beleving kijkt, mist het grotere plaatje: de elektrische auto is technologisch superieur en op termijn financieel onverslaanbaar.
Mainstream
Wat we nu meemaken is de overgangsfase van pionieren naar mainstream. Die is nooit frictieloos. We zagen het eerder bij zonne-energie, mobiele telefonie en breedbandinternet: eerst zijn ze duur, lastig en voorbehouden aan early adopters. Daarna worden ze goedkoper, gebruiksvriendelijker en vanzelfsprekend.
De prijsdalingen die nog gaan komen in accutechnologie, voertuigproductie en laadinfrastructuur zijn veel krachtiger dan welke belastingmaatregel dan ook. De wet van de schaalvergroting doet zijn werk, en laat zich niet tegenhouden door een tijdelijke dip in sentiment. Overigens laten de verkoopcijfers van nieuwe elektrische auto’s zien dat de groei nog steeds substantieel is: in Europa groeide het marktaandeel van 11% in 2024 naar 15% in de eerste maanden van 2025. Voor Nederland zitten we rond de 25%.
In China zijn elektrische auto’s inmiddels goedkoper dan vergelijkbare modellen met verbrandingsmotor. De markt voor elektrische auto’s groeit het hardst in China, vergeleken met andere landen. Op de Shanghai Autoshow, afgelopen week, zijn weer veel nieuwe elektrische modellen gepresenteerd, ook van Europese merken zoals Volkswagen. Ook is daar veel aandacht voor de handelsoorlog met de VS, die de opmars van Chinese elektrische auto’s in Europa weleens kan versnellen – bovenop de stevige groei van het afgelopen jaar.
Minder onderdelen
Op alle continenten zetten merken steeds meer in op elektrische modellen en stoppen met de ontwikkeling van brandstofauto’s. Het is simpelweg efficiënter, goedkoper in onderhoud en technisch minder complex. De aandrijflijn van een elektrische auto bevat een fractie van de onderdelen van een verbrandingsmotor. Minder onderdelen betekent minder storingen, minder onderhoud en lagere productiekosten – zeker als de massaproductie eenmaal op gang is.
Consumentenscepsis tijdens transities is begrijpelijk en vooral een gevolg van onzekerheid. Veel mensen weten niet precies waar ze aan toe zijn, laten zich afschrikken door incidenten – zoals overdreven verhalen over wachtrijen bij snellaadstations op weg naar wintersport – en missen overzicht. Dat is niet erg. De omslag volgt zelden uit overtuiging, maar uit vanzelfsprekendheid. Wordt een elektrische auto net zo makkelijk, betaalbaar en betrouwbaar als een benzineauto, en kun je straks overal laden, ook in Zuid-Europa, dan verdwijnt de twijfel vanzelf.
Elektrische auto’s worden straks onderdeel van een slim energiesysteem. Ze laden als de zon schijnt en leveren terug als stroom duur is. Dat heet bi-directioneel laden. Zo worden auto’s meer dan alleen voertuigen: ze worden mobiele energieopslag, flexibel inzetbaar in een duurzaam energiesysteem. In combinatie met zonnepanelen, thuisbatterijen en dynamische energietarieven wordt elektrisch rijden niet alleen logisch, maar ook lucratief. De experimenten van ‘we drive solar’ en MyWheels in Utrecht, met de nieuwe Renault 5 die bi-directioneel kan laden, laten die potentie nu al zien.
‘Niet haalbaar’
De weerstand tegen elektrische mobiliteit doet denken aan eerdere technologische doorbraken, bijvoorbeeld met de mobiele telefoon. Wie kent niet die video uit de jaren '90 met een straatinterview waarbij niemand een mobiele telefoon wilde. Bij elke grote transitie klinkt eerst de roep dat het ‘niet haalbaar’ is, dat ‘mensen het niet willen’ en dat ‘het te duur’ is of ‘niet nodig’. Tot het ineens overal is, iedereen het wil en niemand zich nog kan voorstellen dat het ooit anders was. De overgang naar de elektrische auto is zo’n transitie.
De komende jaren zullen er ongetwijfeld nog hobbels zijn. Niet elk beleid zal even goed uitpakken, niet elke laadpaal zal altijd werken en niet elk model zal aanslaan. Maar de lijn is duidelijk: elektrisch rijden wordt goedkoper, breder beschikbaar en uiteindelijk vanzelfsprekend. De overheid zou er goed aan doen dat proces te ondersteunen met heldere, stabiele kaders. Maar zelfs als dat niet gebeurt, laat de markt zich niet tegenhouden.
Kortom: de elektrische auto wankelt niet. Hij is onderweg en komt er écht aan.