Brainport Eindhoven: toptech, maar is de samenleving al mee?
Wie alleen inzet op ‘verdienvermogen’, loopt het risico de samenleving te verliezen, waarschuwt Tilburg University.
Published on December 20, 2025
© IO+, bron ‘World Class Industry, World Class Society’, Tilburg University (december 2025)
Medeoprichter van Media52 en hoogleraar Journalistiek, bouwt aan IO+, events en Laio, met focus op commerciële kansen—en blijft schrijven voor IO+.
Brainport Eindhoven geldt internationaal als schoolvoorbeeld van een succesvol hightech-ecosysteem. Met ASML als mondiale sleutelspeler, een sterke kennisinfrastructuur en een ongekend innovatietempo lijkt de regio precies te leveren wat Europa nodig heeft. Maar volgens Tilburg University laat Brainport ook zien waar het huidige industriebeleid schuurt: economische topprestaties garanderen nog geen brede welvaart.
Die boodschap staat centraal in het nieuwe position paper ‘World Class Industry, World Class Society’, waarin onderzoekers Ton Wilthagen en Lex Meijdam van Tilburg University Brainport expliciet opvoeren als testcase voor het Europese en Nederlandse debat over verdienvermogen, concurrentiekracht en maatschappelijke samenhang.
Brainport als Europese proeftuin
In het denken van Mario Draghi en Peter Wennink is Brainport bijna vanzelfsprekend een lichtend voorbeeld. De regio laat zien hoe strategische technologie, publiek-private samenwerking en gerichte investeringen kunnen leiden tot economische groei, productiviteit en geopolitieke relevantie. Niet toevallig is de uitbreiding van ASML – operatie Beethoven – uitgegroeid tot nationaal project.
Maar juist omdat Brainport zo succesvol is, wordt de regio volgens Tilburg University ook een spiegel. Een plek waar zichtbaar wordt wat er gebeurt als technologische en economische groei sneller gaat dan sociale en ruimtelijke ontwikkeling.
“De Brainportregio is een wereldwijd relevant experiment,” schrijven de auteurs, “waar concreet aan de orde is hoe economische groei en hoogwaardige technologie kunnen worden geaccommodeerd in sociaal, ruimtelijk en ecologisch opzicht”.
Achter het gemiddelde schuilt een andere werkelijkheid
Op papier presteert Brainport uitstekend. Werkgelegenheid groeit, inkomens stijgen en de regio is technologisch onmisbaar voor Europa. Maar wie kijkt door de bril van brede welvaart, ziet een complexer beeld.
Onderzoek van Tilburg University, samen met RaboResearch en de Universiteit Utrecht, laat zien dat ongeveer 13 procent van de inwoners van de Brainportregio op meerdere brede-welvaartsindicatoren onvoldoende scoort. Dat gaat om zo’n 100.000 mensen – een groep die structureel achterblijft op gebieden als gezondheid, opleiding, bestaanszekerheid, sociale contacten en woonkwaliteit.
Het is precies dit punt dat volgens de auteurs te weinig terugkomt in het dominante groeiverhaal. Gemiddelden verhullen verschillen. En als beleid vooral stuurt op economische output, dreigt een deel van de samenleving structureel buiten beeld te raken.
Brainport voor Elkaar, Brainport Partnerfonds
Opvallend is dat het rapport geen melding maakt van de initiatieven die binnen de Brainportregio al bestaan om de brede welvaart te verhogen. Twee van die activiteiten zijn de laatste jaren vanuit Brainport Development georganiseerd: Brainport voor Elkaar en het Brainport Partnerfonds. 'Brainport voor Elkaar' is een vereniging van werkgevers uit het bedrijfsleven, maatschappelijk veld, onderwijs en overheid. Zij hebben aangegeven samen aan de slag te willen gaan met oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken in de Brainportregio. "Vanuit verantwoordelijkheidsgevoel, gelijkwaardigheid en nieuwsgierigheid naar de ander", aldus de initiatiefnemers. "En naar hoe het socialer kan. Want we kunnen alleen economisch succesvol blijven als we ook sociaal sterk zijn."
Met het Brainport Partnerfonds draagt het bedrijfsleven in Brainport financieel bij aan de toekomst van de regio. Samen met het Rijk en regionale overheden investeren bedrijven in betere bereikbaarheid, de versnelde bouw van betaalbare woningen, het opleiden van extra technisch talent, een evenwichtige arbeidsmarkt en kansengelijkheid en sociale cohesie. Maatregelen die nodig zijn om de versnelde groei van de regio in goede banen te leiden.
Trickle-down of synchroon beleid?
De kern van de Tilburgse kritiek is niet dat economische groei onbelangrijk zou zijn. Integendeel. Brainport laat zien hoe cruciaal technologische innovatie is voor het verdienvermogen van Nederland en Europa. Maar het paper zet vraagtekens bij het impliciete vertrouwen op het zogeheten trickle-down-effect: eerst groei, daarna welvaart voor iedereen.
Tilburg University pleit voor een synchrone benadering. Economische, sociale en ecologische doelen moeten gelijktijdig worden ontwikkeld. In Brainport betekent dat: niet alleen investeren in cleanrooms, chips en AI, maar net zo structureel in onderwijs, gezondheid, betaalbaar wonen, sociale cohesie en leefkwaliteit.
Zonder die balans kan snelle groei het draagvlak voor innovatie juist ondermijnen, waarschuwen de onderzoekers. Polarisatie, ongelijkheid en overbelasting van publieke voorzieningen vormen dan geen randverschijnselen, maar structurele risico’s.
Regio’s doen ertoe – juist hier
Het paper onderstreept dat brede welvaart zich bij uitstek regionaal manifesteert. Wonen, mobiliteit, onderwijs, veiligheid en inclusie worden niet in Brussel of Den Haag ervaren, maar in wijken en gemeenten. Daarmee wordt Brainport niet alleen een technologisch ecosysteem, maar ook een sociaal en bestuurlijk vraagstuk.
Volgens Tilburg University zou Brainport daarom niet alleen moeten fungeren als economische motor, maar ook als leerregio: een plek waar expliciet wordt geëxperimenteerd met het verbinden van hightech en high-touch. Technologiebeleid als hefboom voor maatschappelijke vooruitgang, niet als doel op zich.
Dat vraagt om een verbreding van het ecosysteem. Niet alleen overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen, maar ook maatschappelijke organisaties, vakbonden en burgers moeten structureel betrokken worden. De bekende triple helix moet een multiple helix worden.
Meer dan een nieuwe ASML
Een van de scherpste vragen in het paper raakt de kern van de Brainport-discussie: waarom bestaat er wel een operatie Beethoven voor industriële schaalvergroting, maar geen vergelijkbare “sociale innovatiefabriek” voor onderwijs, zorg en sociale cohesie?
Als Brainport werkelijk model wil staan voor de toekomst van Europa, stellen de auteurs, moet de regio laten zien hoe technologische topkracht hand in hand kan gaan met sociale inclusie en ecologische duurzaamheid. Dat vraagt om andere prioriteiten, andere indicatoren en andere vormen van governance.
Mentorregio of waarschuwing?
Tilburg University is duidelijk: Brainport kan uitgroeien tot mentorregio voor andere Europese gebieden. Maar alleen als de regio expliciet leert van haar eigen schaduwkanten.
De conclusie is geen afwijzing van het Brainport-model, maar een aanscherping ervan. Wereldklasse technologie is een noodzakelijke voorwaarde voor toekomstige welvaart, maar geen voldoende. De echte test voor Brainport ligt niet alleen in nanometers en omzetcijfers, maar in de vraag of iedereen kan meekomen.
Of, zoals het position paper het kernachtig samenvat: een World Class Industry kan alleen duurzaam bestaan in een World Class Society.
