Innovatie en duurzaamheid als leidende beginselen voor Europa

Martijn van Gruijthuijsen, gedeputeerde Economische Zaken en Innovatie in Noord-Brabant, stelt dat Europa zowel de capaciteit als de verantwoordelijkheid heeft om het goede voorbeeld te geven. “Het is nu tijd om te handelen. Innovatie kan geen abstract concept blijven; het moet de drijvende kracht worden achter de manier waarop we bouwen, leven en verbinden”, stelde hij.

Zijn rapport “From Catching Up to Leading - Europe's Imperative to Innovate and Transform” werd eerder deze week door het Europees Comité van de Regio's goedgekeurd. Het rapport van Van Gruijthuijsen bevat verwijzingen naar de recente rapporten van Draghi en Letti.

“Europa moet dringend schakelen om de ingrijpende veranderingen in onze economie en samenleving het hoofd te bieden.” Van Gruijthuijsen benadrukt dat het huidige tijdperk vraagt om innovatie en een collectieve inspanning om industrieën, overheidsbeleid en partnerschappen te heroverwegen en te transformeren.

De gedeputeerde noemt Noord-Brabant als een broeinest van innovatie en onderstreept hoe de regio het transformatieve potentieel van partnerschappen illustreert. “Brabant floreert omdat het kennis, industrie en creativiteit weet te combineren”, legt hij uit. Initiatieven op het gebied van geavanceerde productie, slimme mobiliteit en biowetenschappen laten zien hoe samenwerking tussen overheden, de academische wereld en bedrijven baanbrekende resultaten kan opleveren.

Van Gruijthuijsen noemt het ecosysteem Brainport Eindhoven als een toonaangevend voorbeeld. “Wat we hier hebben bereikt is een blauwdruk voor Europa,” zegt hij. Het succes van de regio is geworteld in het vermogen om technologische expertise te benutten en tegelijkertijd maatschappelijke behoeften aan te pakken - een filosofie die Europa volgens hem moet overnemen.

Innovatie als sleutel tot duurzaamheid

De minister ging tijdens zijn toelichting in het parlement ook in op de tweeledige uitdaging om economische groei te stimuleren en tegelijkertijd duurzaamheidsdoelstellingen te halen. “Innovatie gaat niet alleen over het creëren van nieuwe producten,” zei Van Gruijthuijsen. “Het gaat over het oplossen van de existentiële crises waar we voor staan, van het terugdringen van koolstofuitstoot tot het heroverwegen van het gebruik van hulpbronnen.”

Hij benadrukte het belang van duurzame technologieën en modellen voor de circulaire economie, gebieden waarop Brabant grote vooruitgang heeft geboekt. Projecten gericht op hernieuwbare energie, groen bouwen en afvalvermindering laten zien hoe innovatie kan samengaan met milieudoelstellingen, legde hij uit.

Van Gruijthuijsen benadrukte dat de uitdagingen waar Europa voor staat niet geïsoleerd kunnen worden aangepakt. “Samenwerking is de hoeksteen van vooruitgang”, merkte hij op, en riep op tot sterkere banden tussen regio's en landen. Hij stelde dat Europa's diversiteit van culturen, expertise en perspectieven zijn grootste troef is bij het aanpakken van complexe mondiale problemen.

Brabant, zo voegde hij eraan toe, heeft consequent laten zien hoe internationale samenwerking tot betere resultaten leidt, of het nu gaat om grensoverschrijdende onderzoeksinitiatieven of de integratie van wereldwijde toeleveringsketens.

Tevredenheid

Vooruitkijkend riep Van Gruijthuijsen de Europese leiders op om een ambitieuzere agenda aan te nemen. “We kunnen ons geen zelfgenoegzaamheid veroorloven”, zei hij. “Om voorop te lopen moeten we investeren in onderwijs, talent koesteren en omgevingen creëren waar innovatie gedijt.” In zijn visie is de toekomst van Europa er een waar digitale en groene transformaties hand in hand gaan, gevoed door een geest van ondernemerschap en een engagement voor maatschappelijk welzijn. “Onze grootste uitdagingen”, concludeerde hij, ”zijn ook onze grootste kansen. Samen kunnen we ze omzetten in successen die iedereen ten goede komen.”