Logo

Hoe Summa en Fontys een innovatief onderwijs- en werkecosysteem vormgeven op Brainport Industries Campus

Summa en Fontys willen niet alleen vakmensen opleiden, maar ook het werkveld actief betrekken bij het vormgeven van onderwijs dat aansluit bij de behoefte van de industrie.

Published on December 11, 2024

Odette Beekmans

Fontys bij BIC, foto © Odette Beekmans

Bart is the co-founder and co-owner of Media52 (publishing IO+) and a Professor of Journalism at the University of Groningen. He is responsible for all the branches of our company—IO+, events, and Laio—and focuses on commercial opportunities. A journalist at heart, he also keeps writing as many stories as he can.

Sinds de opening van Brainport Industries Campus (BIC) hebben Summa en Fontys een cruciale rol gespeeld in de ontwikkeling van het ecosysteem dat onderwijs en bedrijfsleven samenbrengt. Vijf jaar na de officiële opening door de koning kijken we met betrokkenen van beide onderwijsinstellingen naar hun samenwerking met bedrijven op en rond de campus. “BIC is meer dan een gebouw; het is het kloppend hart van de maakindustrie,” aldus Saartje Janssen van Summa.

Summa was in 2018 na Anteryon de tweede bewoner van BIC. Destijds waren de voorzieningen nog beperkt, vertelt Janssen: “We begonnen met een paar noodlokalen. Nu zien we hoe het ecosysteem groeit en bloeit. Het is niet alleen een clubhuis voor de bedrijven binnen het gebouw, maar ook voor de leerbedrijven.” Het idee van BIC als louter een verzamelgebouw heeft in de loop van de jaren plaatsgemaakt voor een levendig ecosysteem waar innovatie en samenwerking centraal staan. Zowel voor de organisaties die een plek hebben onder het BIC-dak, als die van daarbuiten.

Ecosysteem van innovatie en samenwerking op BIC

Studenten leren niet alleen binnen hun vakgebied, maar ook in cocreatie met bedrijven. Dit heeft geleid tot nieuwe opleidingen zoals Smart Industry en herziende curricula, waaronder het basisjaar Mechatronica. “In samenspraak met bedrijven ontwikkelen we modules zoals slijpen en robotlassen. Dat maakt ons onderwijs toekomstbestendig,” legt Janssen uit. 

Deze aanpak sluit aan bij de missie van Summa om niet alleen vakmensen op te leiden, maar ook het werkveld actief te betrekken bij het vormgeven van onderwijs dat aansluit bij de behoefte van de industrie. Janssen ziet daarbij twee uitdagingen voor haar opleiding: “Aan de ene kant gaat het erom dat we voldoende studenten afleveren om de arbeidsmarkt verantwoord te vullen. En tegelijk willen we alle innovaties en relevante ontwikkelingen die ertoe doen in het onderwijs krijgen. Dat geeft al aan hoe belangrijk het is om samen met het bedrijfsleven op te trekken.”

© Odette Beekmans

Bart-Jan van Lierop en Saartje Janssen © Odette Beekmans

Ook Fontys is enthousiast over de mogelijkheden die BIC biedt. Bart-Jan van Lierop, verantwoordelijk voor Fontys Engineering, benadrukt de rol van fieldlabs en hybride leeromgevingen waar studenten en onderzoekers samen met bedrijven werken aan concrete uitdagingen. “Toen we het fieldlab van de Rachelsmolen naar BIC verhuisden, zagen we direct meer betrokkenheid van bedrijven. Ze lopen hier letterlijk binnen om samen onderzoek te doen.” Het Fieldlab-concept, waarbij bedrijven en onderwijsinstellingen samen aan complexe machines en processen werken, heeft niet alleen gezorgd voor betere resultaten, maar ook voor een grotere verbondenheid tussen alle betrokkenen.

Deze samenwerking heeft geleid tot een hybride leeromgeving waarin studenten, onderzoekers en bedrijven samenkomen. In leerjaar drie en vier maken Fontys Engineering-studenten de overstap naar de campus;de eerste twee jaar vinden op de TU/e-campus plaats. “Het geeft ons een eigen identiteit binnen BIC, terwijl we nauw samenwerken met Summa en andere partners.” Deze hybride leeromgeving, waarin studenten direct in contact staan met het werkveld, geeft studenten niet alleen de mogelijkheid om kennis op te doen, maar ook om deze in een praktische context toe te passen.

Talentgericht onderwijs met micro-credentials en individuele leerroutes

Een tastbaar resultaat van deze samenwerking is de ontwikkeling van de Associate Degree (AD) Smart Industry. Deze tweejarige HBO-opleiding overbrugt het gat tussen mbo-niveau 4 en hbo-bachelor-niveau. Volgens Janssen en Van Lierop voorziet de opleiding in een groeiende behoefte aan doorstroommogelijkheden en flexibiliteit. “Voor sommigen is een vierjarige hbo-opleiding te veel van het goede,” zegt Van Lierop. “Deze AD biedt een toegankelijk alternatief, vooral voor doorstromende mbo-studenten en werkenden die zich willen bijscholen.” Daarnaast sluit de opleiding naadloos aan bij de visie van beide scholen op leven lang ontwikkelen (LLO). Het programma biedt flexibiliteit in de vorm van modules, zodat zowel fulltime studenten als werkenden eraan kunnen deelnemen.

“Het ecosysteem van BIC gaat niet alleen over onderwijs of bedrijfsleven, maar over de interactie daartussen.”

Saartje Janssen

Bij zowel Summa als Fontys staat flexibiliteit centraal. Janssen ziet onderwijs niet als een vastomlijnd pad, maar als een op maat gemaakte reis: “Sommige studenten willen versnellen, anderen juist vertragen. Onze uitdaging is om die individuele leerroutes mogelijk te maken.” Fontys is aan de slag met micro-credentials: kleine, erkende certificaten die samen een volwaardig diploma vormen. “We geloven in talentgericht onderwijs,” benadrukt Van Lierop. “Het gaat erom dat studenten en werkenden leren wat ze nodig hebben om te groeien, of dat nu een volledige opleiding is of een specifieke module.”

© Odette Beekmans

© Odette Beekmans

Drone Challenge: samenwerken in de praktijk

Daarnaast biedt de campus ruimte voor innovatieve projecten zoals de Drone Challenge. “Studenten werken maandenlang in teams aan drones, en dat opent deuren naar bedrijven,” zegt Van Lierop. “Het is een symbool van samenwerking en spreekt tot de verbeelding. Hier zie je echt hoe studenten en bedrijven elkaar versterken.” De drones worden vaak in samenwerking met bedrijven ontwikkeld, waarbij zowel technische vaardigheden als samenwerking centraal staan. Het project is uitgegroeid tot een kernonderdeel van het onderwijsprogramma, het laat zien dat mbo en hbo elkaar goed aanvullen en het trekt steeds meer bedrijven aan. Van Lierop: “Er is zelfs een wachtlijst.”

Hoewel de samenwerking op BIC veel voordelen biedt, zijn er ook uitdagingen. Toegang tot bedrijven blijft lastig. “De intentie is er, maar praktische zaken zoals toegangspasjes en strikte regels maken het soms moeilijk voor studenten om zelfstandig een bedrijf binnen te stappen,” aldus Van Lierop. Janssen voegt toe: “We werken eraan om die fysieke en psychologische drempels te verlagen..” Daarnaast zijn er praktische uitdagingen, zoals betaalbare parkeermogelijkheden voor studenten en ruimte voor ontspanning. “Een tafeltennistafel of café-achtige ontmoetingsplek zou ook helpen”, suggereert Van Lierop.

De groei van BIC: nieuwe kansen met Cluster 2

Met de komst van BIC Cluster 2 zien beide instellingen nieuwe kansen. “Hoe meer bedrijven er op loopafstand zitten, hoe beter we het dagelijkse leerprogramma kunnen integreren,” zegt Janssen. Van Lierop droomt van een grotere rol voor Fontys: “Meer bedrijven betekent meer mogelijkheden voor ons onderwijs en onderzoek.” Beide zien BIC niet als een op zichzelf staand project, maar als onderdeel van een groter ecosysteem. Janssen: “Of je nu op BIC zit, de TU/e-campus of de High Tech Campus, het draait allemaal om het versterken van de maakindustrie en het opleiden van vakmensen voor de toekomst.”

Summa en Fontys bewijzen dat cocreatie tussen onderwijs en bedrijfsleven de sleutel is tot veel innovatie en groei. BIC is meer dan een gebouw: het is een dynamisch ecosysteem waar leren, werken en innoveren samenkomen. De lessen die beide instellingen hebben geleerd, vormen de basis voor toekomstige ontwikkelingen op BIC en daarbuiten. Dat de buitenwereld daar ook wat van wil opsteken, blijkt wel uit de overvolle agenda van Janssen. “Ik heb het laatst nog even nagekeken, we hebben dit jaar al tachtig rondleidingen begeleid. Tachtig! Het blijft mooi om te zien, maar je zult ook begrijpen dat ik af en toe een verzoek aan me voorbij moet laten gaan”, besluit ze met een glimlach.